RG: 2.02 Contrast


Helderheid

De zichtbaarheid van een voorwerp ten opzichte van een achtergrond of een omgeving wordt voor een zeer groot deel bepaald door het verschil in helderheid van de kleuren. Dit wordt helderheidscontrast (K) genoemd en is sterk afhankelijk van de verlichting en de reflectie-eigenschappen (LRV) van het voorwerp en de omgeving.

De meest gebruikelijke manier voor het vaststellen van helderheidscontrast is met de formule van Michelson (zie: “bepalen van de helderheidscontrastwaarde”).

De gevoeligheid voor het zien van contrasten verschilt tussen mensen en is afhankelijk van objectgrootte en verlichtingssterkte. In het donker is de contrastgevoeligheid beperkt maar deze neemt toe met verlichtingssterkte. De contrastgevoeligheid kan bij slechtziende mensen fors verlaagd zijn, waardoor zij objecten aanzienlijk minder goed kunnen waarnemen. Dit is vrijwel onafhankelijk van hoe gróót het object is.

Vaak wordt als norm gesteld dat het contrast van een voorwerp ten opzichte van de achtergrond min. K=30 moet bedragen. Dit is een praktisch gekozen waarde. Natuurlijk geldt dat de zichtbaarheid van een object toeneemt als geëist zou worden dat het contrast met de achtergrond nog hoger is, tegelijk wordt het aantal keuzemogelijkheden in helderheid en kleur daarmee beperkt.

Kleur

Naast het verschil in helderheid kan ook een verschil in kleur bijdragen aan zichtbaarheid of herkenbaarheid van voorwerpen. Dit wordt kleurcontrast genoemd. Voor het zien van kleuren moet er voldoende licht aanwezig zijn, want in het donker kunnen kleuren niet worden gezien. Helderheidscontrast is over het algemeen belangrijker voor de zichtbaarheid en waarneming van voorwerpen dan kleurcontrast. Kleur geeft daarbij vaak betekenis aan objecten, vergroot de herkenbaarheid en verhoogt de detectie- en selectiesnelheid.


Voorbeeld van kleurcombinaties die zowel voldoende helderheidscontrast als kleurcontrast bevatten

Lichtreflectiewaarde

Iedere kleur heeft een lichtreflectiewaarde (LRV), bijv.:

RAL9010 (Wit) LRV = 85,0

RAL9005 (Zwart) LRV = 4,0

De beleving van de kleuren en het contrast kan niet worden vastgesteld, dit is persoonlijk en wordt o.a. beïnvloed door (een combinatie van) meerdere externe factoren zoals:

  • Verkleuring van de originele kleuren als gevolg van veroudering en vervuiling
  • Nat (glinstering) versus droge situaties
  • Positie van de zon (tegenlicht)
  • Oppervlaktestructuur
  • Lichtsterkte omgeving

Gebruik bij de berekeningen van de contrastwaarden de lichtreflectiewaarden (van de NCS en RAL-kleuren) de LRV waarden zoals deze zijn vastgelegd in de "NCS Translation Table Lightness, Edition 3 2007 " van het Scandinavian Colour Institute AB. (Een uittreksel met de lichtreflectiewaarden van de RAL-kleuren is in de bijlage van dit document opgenomen.)

Wanneer de kleur van een object niet formeel bekend is kan deze, voor het vaststellen van de LRV-waarde, bepaald worden door voor de kleur een vergelijkbare RAL- of NCS-kleur te kiezen (m.b.v. waarneming, kleurenmeter of een lichtreflectiemeter).

Kleuren

Helderheidscontrast K ≥ 30,0
Grote vlakken (bijv. wanden, vloeren, deuren, plafonds), bedieningselementen, leuningen en glasmarkeringen.



Voorbeelden:


Helderheidscontrast K ≥ 60,0
Aanduidingen van gevaar (bijv. markeringen op traptreden), tekstuele informatie (zoals bewegwijzering), kleine bedieningselementen (zoals knoppen, schakelaars).

Voorbeelden:


Bepalen van de helderheidscontrastwaarde

De helderheidscontrastwaarde (K) van een geleidelijn wordt vastgesteld aan de hand van het verschil van de lichtreflectiewaarden (LRV) van de geleidelijnen (stroken en strippen), waarschuwingsmarkeringen (vlakken en noppen) t.o.v. de ondergrond en/of aansluitende bestrating/vloerafwerking.

De berekening moet op 2 manieren worden uitgevoerd, te weten:

  • formule van Michelson:

(LRVmax - LRVmin)

X 100 = K

K = min. 30,0

(LRVmin + LRVmax)

  • 30% lichter/donker berekening:

   LRVmax - LRVmin = K

K = min. 30,0*
(waarbij de lichtste kleur een LRV van minimaal 40,0 moet hebben)

 

K           =

Contrastwaarde

LRVmax  =

Lichtreflectiewaarde van de strook, ribbel en/of nop

LRVmin   =

Lichtreflectiewaarde van de ondergrond en/of aansluitende bestrating/bevloering

*De minimale K waarde bij geleidelijnen is afhankelijk van het type geleidelijn (zie hoofdstuk 2-04 “Geleidelijn”).